Lang geleden – Arend van Dam & Alex de Wolf


Een boek met geschiedenisverhalen waardoor de vaderlandse geschiedenis toegankelijk wordt voor jonge kinderen.
Geschikt voor groep 1 t/m 5(6).

 

 

Introductie

De verhalen kunnen in de kleuterklas al worden voorgelezen; dat was de intentie waarmee ze geschreven zijn. Maar omdat de verhalen niet kinderachtig zijn kunnen ze tot groep 5/6 wel voorgelezen worden. Dat kan naast een geschiedenismethode van groep 5 gebeuren of als voorleesboek of als uitgangspunt voor een les wereldoriëntatie,…er zijn genoeg mogelijkheden te bedenken. Het boek bevat ook een tijdsbalk die je kunt ophangen en waarmee je kinderen de relatie kunt laten leggen. Ook leuk is dat er soms generaties voorkomen in de verschillende verhalen.

Aangezien de verhalen niet over een figuur gaan maar over een bepaalde tijdsperiode vindt je voor dit boek kopjes met verschillende verhalen en de ideeën die ik daarbij had/heb i.p.v. de kopjes lezen en schrijven, creatieve activiteiten etc. zoals bij andere boeken. Sommige ideeën heb ik uitgevoerd in groep 4, aanvullingen zullen nog volgen. Ik vertel er altijd nog wat bij om een nog duidelijker beeld te schetsen. Je kunt na bepaalde alinea’s een paar algemene feiten vertellen over hoe iets eruit zag of wat het effect voor nu is.

Ideeën bij alle verhalen 

   · Ga de voorkennis van kinderen na en laat ze na het verhaal vertellen over iets wat ze misschien in een museum of op een vakantie gezien hebben.

   · Laat de kinderen een tekening maken van (een aspect) van het verhaal

   · Zoek er extra beeldmateriaal bij en laat kinderen n.a.v. voorwerpen een deel van het verhaal na vertellen.

   · Laat de kinderen een brief schrijven naar een historisch figuur.

   · Maak gebruik van de tijdsbalk en laat de kinderen het betreffende verhaal opzoeken.

   · Maak een etalage of een versierd prikbord met wat de kinderen over het verhaal weten.

   · Schrijf een vereenvoudigde versie van het verhaal zodat jonge kinderen (groep 4) het belangrijkste van het verhaal nog eens kunnen nalezen.

   · Bundel na afloop de verschillende activiteiten met foto’s en tekeningen tot een geschiedenisboekje.


Jagen en verzamelen : De boot en de kruik

Een verhaal over Maren en Jurre. In het verhaal versiert Maren haar kruik en Jurre zijn boomstam. We lezen dat er niet altijd vuur was en dat ze wonen in tenten. Ze jagen op wilde dieren zoals een eland met een speer. Deze aspecten van het verhaal spraken mijn groep 4 aan.

   · Laat de kinderen een kruik versieren. Geef aan dat ze schrijfpatronen, streepjes etc. mogen gebruiken om de kruik te versieren (werkblad)

   · Laat de kinderen een potje kleien en dat versieren door met een tandenstoker er streepjes etc. in te graveren.

   · Bouw je eigen tentje. Dit is een onderdeel van het ontdekkasteel voor groep 2. De doos bevat rietjes, tandenstokers, chenilledraad, 2 poppetjes, 2 stukjes piepschuim en lapjes stof. Het is de bedoeling dat de kinderen hiermee een tentje bouwen waar zo’n poppetje inpast. Laat de kinderen experimenteren met de verschillende manieren.


De Romeinen komen : Verrit en Malor

Het verhaal over twee mannen die in onze streek wonen en het niet eens zijn met het feit dat de Romeinen hier de baas worden. Ze trekken naar Rome en willen met de keizer praten. In Rome is alles erg indrukwekkend. Omdat in mijn klas ook wat kinderen met een Turkse achtergrond zitten heb ik ook de link naar Romeinen in Turkije gelegd. Dit kan je ook doen als je weet dat kinderen daar op vakantie zijn geweest. Ik heb wat foto’s en ansichtkaarten meegenomen van Aspendos en van het Colosseum in Rome.

   · Op deze site is meer informatie over Romeinen te vinden. Ik heb de plaatjes van Romeinen gebruikt om kinderen in te laten kleuren en ze neer te zetten bij onze hoek. N.a.v. de kleding heb ik ook foto’s gemaakt van de kinderen verkleed als Romeinen (neem een laken mee!)

   · Het Collosseum sprak de kinderen aan. We hebben in groepjes een “collosseum” voor in de klas gemaakt. Met een mal de raampjes tekenen en deze daarna uitprikken/uitknippen.

   · Een groepje kinderen maakte een tempel. Daar horen ook zuilen bij die ze maakten van lege keukenrollen en beplakten met wit papier.

   · Besteed aandacht aan de Romeinse cijfers. Geef kinderen daar eventueel oefeningen/sommen over. Zien ze die getallen nog wel eens terugkomen? Oude klokken, aftiteling films,…?

   · De Romeinen hadden veel kunstige mozaïeken. Laat de kinderen zelf een mozaïek ontwerpen.

   · Misschien staat de school in een Romeinse plaats als Trajectum of Noviomagus. Besteed aandacht aan die namen en aan wat je eventueel in de buurt er nog van kan zien. In Zeeland kan in elk geval verwezen worden naar Nehallennia, de Romeinse godin van de zee.

   · Verrit en Malor worden in Rome Verritus en Malorix. Laat de kinderen een uitgang voor hun naam bedenken. Vertel dat Romeinen hun kinderen vaak een nummer als naam gaven; Primo, Secundo, Tertius, Quartus,… Quinten komt van het Latijn en betekent achtste.